vrijdag 2 april 2010
Kastanje
l een paar jaar maakten we ons zorgen om onze kastanjeboom. Hij had niet langer zo'n mooie gladde bast en liet niet meer een dik tapijt van kastanjes vallen op het pad. Wel spreidden zijn takken zich nog even uitnodigend uit naar de hemel. Maar er verschenen steeds meer zwammetjes op zijn stam en op de takken. Een bomenspecialist sprak zijn oordeel uit: "Deze boom is dood." Het gaf ons een dof gevoel van weemoed alsof het één van onze dieren betrof. Maar een boom wordt niet begraven. De aanvraag voor de kapvergunning zorgde echter wel weer voor officieel rouwbeklag. Het voelde als een overlijdensadvertentie, want het werd vermeld in de krant. We vertelde het onze buren. De boom staat op de grens van hun tuin en de onze. Och, het was zo jammer, vonden zij want hun kinderen hadden vroeger zoveel plezier beleefd aan de kastanjes en aan de schommel die aan de onderste tak hing. Gisteren reed eer een vreemde auto het erf op. Naast de bestuurder zat een heel oude dame. Zok bleek de vorige bewoonster te zijn van ons huis. In zangerig Noord Hollands vertelde zij dat Kees, haar oudste zoon, op een keer uit de duinen was gekomen met een kastanje waar een worteltje aan zat.. Wij keken samen naar haar opgeheven hand waarin voor ons geestesoog het prille leven van de kastanje verscheen. " Ja, onze Kees was nog maar vier jaar en we hebben hem samen eerst gewoon in de tuin gezet en later, toen het al een boompje werd op deze plaats... ik ben nu negentig en Kees is - even kijken - achtenvijftig. Ja... ik las het bij de kapvergunningen, maar nu zie ik het wel. Hij is dood!" Ze zuchtte even en zei daarna met een lieve lach dat het nu eenmaal zo kon gaan in het leven. Heel veel kastanjes waren ziek geworden. Zij had juist van deze afscheid willen nemen. Ze reden weg en het was duidelijk: dit eervolle bezoek had troost gebracht.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten